1 april 2015

Perelaere

We lopen op de dijk
langs perenbomen.
Een zee van zacht
in meisjesdrachte witste wit
onder een blauwe hemel.

We houden onze adem in
verlangen niets dan alles
en naar alles vast te houden.

We drinken lente
waar perensap al bedding
maar geen noodzaak heeft
en peren slechts
belofte zijn.